zaterdag 15 november 2014

Met de zeilboot naar Mindelho

tuut tuut tuut
07h00 ´s morgens. De wekker gaat.
Met een half oog kijk ik naar buiten. Het belooft een winderige dag te worden. Vanuit het raam zie ik de takken van de bomen heen en weer wiegen.

Vandaag is het zover, straks vertrek ik naar Mindelho, op Ilha de Sao Vicente op een zeilboot. Een tocht van 24 uur. Snel een schietgebedje in de hoop niet ziek te worden op de boot.

Estelle ligt nog in mijn nek te snurken. Komaan meid. We moeten opstaan. Met de rugzak op de rug, Estelle op mijn ene arm en een koffie in de andere hand vertrek ik richting huis van Evelyn, waar ik mijn kleine puppy voor een week moet achterlaten.

Met gemengde gevoelens en kriebels in de buik neem ik afscheid van mijn vriendin en mijn baby huisdier.

De koffie ligt me zwaar op de maag, ik voel me misselijk. Niet nu, Nath, niet nu....

Op het strand wachten al een aantal passagiers op de kleine motorboot die ons zo meteen aan dek zal brengen.

We springen er enthousiast in en de eerste golven kletsen in onze schoot. De kapitein staat ons al op het dek op te wachten en begroet ons hartelijk.



De kapitein heet Gabriël en is een vrolijke Zwitser van rond de 55. Deze man heeft de hele globe al afgezeild incl. Ushuaya en Cape Horn en startte een aantal jaren geleden een nieuw leven aan de zijde van zijn  nieuwe Franse vrouw in Cabo Verde. Ik weet dat ik bij hem in veilige handen ben.



De bemanning bestaat uit 2 jonge Cabo Verdianen, nl Jair en Frabice. Tijdens de tocht zullen zij zowel de linker-, de rechter- als de boven- en onder- hand van de kapitein moeten zijn.

Buiten mezelf reizen nog een jong Frans koppel mee, en een Franse dertiger die in Centraal-Afrika voor AZG werkt.

We klimmen allen aan boord, het anker wordt gelicht, de zeilen worden gehesen en de tocht kan beginnen.
De andere zeilboten wijven ons vriendelijk uit en ik neem plaats vooraan aan dek. Veilig maar nog steeds misselijk. Ik weet nu al... dit komt niet goed.... dit komt helemaal niet goed.

De zee is ruw vandaag en de golven lijken de kleine zeilboot telkens weer te willen  verslinden. We botsen op en neer en weer op en neer.

De sfeer is onstpannen maar bedeesd. Iedereen houdt zich in uit angst voor wat er eventueel kan komen.

Het landschap en de bergen verdwijnen langzaamaan uit het zicht en na een dik uur bevinden we ons in volle zee. Het is prachtig, maar mijn buik protesteert nog steeds, meer en meer.
Ik probeer me zo stil mogelijk op het dek te houden en focus me op de horizon.

"Focus, Nathalie,... Focus, vooral niet te veel bewegen en focussen".


"Focus, Nathalie,... Focuuuuuuu................"

Helaas, het stemmetje in mijn hoofd verliest de strijd, mijn maag draait zicht om en ik voel dat ik NU moet opstaan om naar de kant van de boot te kruipen wil ik mijn maaginhoud niet op het dek uitspreiden.

En 1....
En 2...

Rust, neen, opnieuw..

En 3 ...

Telkens ik denk weer even op adem te kunnen komen, overvalt een vlaag van misselijk me en moet ik noodgedwongen over de bootkant gaan hangen en overgeven.

Tussendoor probeer ik even te gaan liggen, maar ik krijg het koud.

De wind is hevig en het water van de golven overspoelt telkens weer het dek. Ik ben drijfnat.

Als ik nu eens in de cabine kon gaan liggen, lekker warm.

Een ding heb ik geleerd, in de cabine gaan staan is het ergste dat je kan doen bij zeeziekte, omdat je dan helemaal de horizon verliest.

Toch hunker ik NU naar een warm bedje.

Oh neen, daar gaan we weer

En 4....
En 5...

Ik moet iets doen. Ik wil gaan liggen, Ik wil het warm hebben.

Met de laatste kracht die ik nog heb kruip ik in de zeilboot, op het bedje ...
Alles draait, alles wiegt, alles botst...


En 6....
En 7...

Gelukkig heb ik een zakje bij de hand.

Ik klauter op het bedje en sluit mijn ogen. De golven doen me op en neer en heen en weer op het matras botsen. Onmogelijk om stil te kunnen liggen.

Een grote golf wiegt met het net aan het bed in. Ik klampt me vast aan de touwen en probeer me een "comfortabele" houding te vinden.

 Oef, Hier lig ik veilig. Misselijk, draaierig, kotsend, maar warm en vrij immobiel.

Hoe laat gaat dit nog duren...

En 8....
En 9...

Ondertussen brengt de lieve Elodie me telkens weer zakjes aan en knoopt ze daarna als een goede verpleegster netjes dicht en gooit ze voor me weg.

Ook haar vriend blijkt over het dek heen te hangen.

Ik probeer zo weinig mogelijk te denken.

"Nog 20 uur, nog 20 uur, Nath, volhouden. Positief blijven denken en enkel aan morgen denken.
Morgen ben je in Mindelho. Morgen wordt het leuk. Hier moet je even door. Dit is enkel "un mauvais moment a passer". Nog 20 uur, nog 19 uur, nog 18 uur..."

We gaan de nacht in. Het wordt een lange nacht.

Nog 9 uur,  nog 8 uur....
De uren glijden traag voorbij.

6,5,4 ....3,2,1

Eindelijk is het zover.

De eerste zonnestralen en de masten van de zeilboten in de haven van Mindelho begroeten ons.

We zijn er geraakt, oef.
Lichter, bleker, maar veilig en uitgelaten.


Mindelho... de stad van Cesaria Evora
Mindelho... de stad van de mooie koloniale Portugese huizen
Mindelho ...de stad van de muziek en de artiesten

Ik lach.




















Geen opmerkingen:

Een reactie posten