vrijdag 23 januari 2015

Tot slot deel 2 : de gezonken ferry



De gezonken ferry


We hebben er net 2 wandeldagen opzitten in het prachtige eiland van San Antao (naar mijn mening het mooiste en meest ongerepte van Cabo Verde), samen met een bevriend Duits koppel, Rafael en Martina.


Patrick is al goed bekomen van zijn infectie en heeft er genoten van de mooie wandelingen en geproefd van de lokale specialiteiten die in de valleien worden gemaakt, nl kaas, confituur, vers brood...


We zijn net aangekomen op het vliegveld en moeten alweer vaststellen dat de vluchten niet vertrekken. Wegens een zandstorm die over West-Afrika waait, bleven de vluchten al 2 dagen aan de grond. De hal van de luchthaven zit volgepakt met ongeduldige reizigers, de rij aan de balie van de luchtvaartmaatschappij TACV is eindeloos, het koffiemeisje slaagt helemaal in paniek bij het grote aantal wachtenden aan haar toog, bagages worden op- en weer afgeladen, taxi's komen aan en af gereden, er wordt gebeld, geroepen, geweend.... Het is chaos!


Patrick grabbelt een manager van de luchthaven vast (hij spreekt Portugees, wat een hele troef is hier), en deze vertelt ons dat de vliegtuigen vandaag niet meer gaan opstijgen en dat er onmogelijk voorspellingen voor de volgende dagen kunnen worden gemaakt.  We moeten dus terug naar een hotel en de dag nadien naar de luchthaven terugkomen voor nieuwe informatie.


Rafael en Martina zitten verveeld, ze moeten morgen op het eiland Sal hun vlucht terugnemen naar Duitsland, en vanuit Sal vertrekken de internationale vluchten blijkbaar wel....
Ze missen dus hun vlucht naar huis.


Ook Patrick en ik hebben het gezien op Mindelho en willen zo snel mogelijk naar Ilha de Santiago gaan.


We nemen  een taxi terug naar de stad en lopen van het ene reisbureau naar het andere.


"Mannen, er vertrekt een ferry vanavond naar Sal, om 20h00! We hebben nog anderhalf uur. We moeten snel naar de haven om tickets te kopen!"


Snel  annuleren we de geboekte hotelnacht en haasten ons met de bagage naar de marina. De rij voor de tickets is lang, de meisjes aan de balie zijn traag, er wordt voorgetrokken, geroepen, ruzie gemaakt... Het is chaos opnieuw.





In de rij staat "goeroeman", een jonge man die we gisteren ontmoetten, en die naar eigen zeggen in Portugal in een gemeenschap woont en daar leden doet ontgiften van zichzelf, of van drugs of alcohol. Het is een rare kwibus. Hij is in het bezit van de nieuwste i-phones en laptops, reist de hele wereld rond om nieuwe leden te rondselen en dit zogenaamd enkel door middel van dotaties en giften van tevreden leden... We vermoeden dat hij een soort van sekteleider is. Hij heeft er het charisma voor en de juiste zelfingenomenheid en blablabla...


Rafael en Patrick moeten hem niet zo, maar hij is sympathiek dus ik zie geen reden om niet met hem een babbeltje te slaan. Zijn monotome manier van spreken deert me niet, zolang het gesprek niet te lang duurt.


Hij vertelt me dat het belangrijk is om als eerste boven in de bar van de ferry te geraken, want daar zijn er zeteltjes waar je de nacht op kan doorbrengen. Ze zijn beperkt in aantal en daarom zeer gegeerd. Het is een kwestie van haasten en eerst zijn.


Andere mensen hebben blijkbaar dezelfde gedachte, want aan het hek wordt gedrumd, geduwd en getrokken om vooraan in de rij te staan. Er staat een zenuwachtige politieman die iedereen weer achteruitduwt. Hij eist een rij, een rechte, lange, nette rij... het wordt een hele klus.

We spreken met Martina en Rafael af dat de vrouwen goeroeman volgen op het dek zodra de hekken opengaan, om plaats te houden, zodat de mannen de bagage eerst in de buik van de boot kunnen afzetten alvorens naar boven te komen. "Het is toch belangrijk om een beetje te kunnen slapen, want de overtocht gaat meer dan 11 uur duren."


Martina slaagt in paniek. 11 uur? Wat? 11 uur?  Je zei 3 uur? Ik wou niet op die boot. Ik wil niet op die boot. Hij gaat zinken, hij is vies, 11 uur? 11 uur vieze toiletten? 11 uur gekots? Oh neen, oh  neen, oh neen, ....


De arme meid gaat helemaal door het lint en haar man weet zich geen raad meer. Had ze nu begrepen dat we om 11 uur s avonds zouden aankomen ipv 11 uur onderweg? Ze is zo overstuur dat ze haar man van zich wegduwt en in een hoekje van de hal kruipt, wenend en bevend.


Patrick kijkt me aan. "Doe iets!".


Ik grijp in mijn tas en vind er 2 kleine flesjes whisky van de minibar die we hadden bewaard voor op de boot.  Ik loop naar haar toe en ga bij haar zitten. Mijn hand op haar knieën, haar sussend dat het wel zal meevallen, terwijl ik haar de drank aanbied. Vanuit mijn ooghoeken zie ik Rafael beduusd naar zijn vrouw staren. Ik knipoog hem ter geruststelling. Het komt wel goed!


En inderdaad,  een paar geruststellende woorden en vooral de druppels alcohol hebben een verzachtend effect op de zenuwen van de arme Martina. Ze staat moedig op, omhelst haar man, neemt haar bagage bij de hand en gaat in de rij staan., als een ter dood veroordeelde die richting het schavot wordt geduwd.


De hekken gaan eindelijk open, (met 1.5 uur vertraging), mensen drummen, de politieman telt en Martina en ik haasten ons naar boven in de boot op zoek naar een vrije zetel. Wanneer we boven aankomen is goeroeman  met zijn aanhang al geïnstalleerd en hij heeft 4 zetels voor ons "gereserveerd". Het voelt wat wrang aan, die wedloop naar een comfortabel zitplaatsje.


Mannen, vrouwen, kinderen stromen toe en nemen allemaal een plaats in op de boot. Ze hebben dekens en zelfs hele matrassen mee en zetten zich tussen de tafels op de grond.
De boot zit  helemaal vol en het is een hele puzzel om niet op de liggende mensenmassa te stappen wanneer je naar het wc wilt.





De bar gaat open en er wordt gedronken, veel gedronken.  Iedereen schijnt bovendien zijn eigen muziekinstallatie mee te hebben en luidop af te spelen, dus al snel heerst er een kakofonie van jewelste van dronken mannen en luide muziek.

Gelukkig gaan niet al te laat de lichten uit en kunnen we toch een beetje slapen.

Zoals voorspeld zijn 's morgens de toiletten in een meest vieze staat, hangen de zatten over de rand te kotsen en hangt de geur van kots en spuug in de slaaphal.


Shit, denk ik plots. Het ticket voor de boottocht van Sal naar Santiago dat we de volgende avond zouden nemen hebben we afgegeven bij het opstappen van de boot in Mindelho! De 2 vaarten stonden op hetzelfde ticket.... Dit krijgen we hier NOOIT opgelost!


En wat duurt het lang... waarom zijn we nog niet aan land? We moesten toch al lang van de boot af zijn?


Patrick vraagt aan een bootmedewerker wat er scheelt. Hij vertelt hem dat de kapitein genoodzaakt werd om de vaarsnelheid te verminderen wegens de hevige zee. Hij zou nog zeker een paar uur duren.


Ik zie de paniek op Martina's gezicht opnieuw verschijnen. Ze had daarnet al de hele boot bijeengeroepen bij het zicht van de staat van de toiletten en haar kreet had een bemanningslid niet ongeroerd gelaten, zodanig dat hij zelfs zijn privé-toilet met haar te deelde.


16 uur op deze helboot? En onze vlucht? We komen pas tegen de middag aan in Sal!  Alles is verloren! Weg vlucht! Weg vlucht!


Opnieuw proberen we haar tot reden te brengen. Zolang we niets weten over andere boten of vluchten, heeft het geen zin om in paniek te geraken. We kunnen alleen wachten en afwachten.


Het arme schaap valt uiteindelijk toch nog even in slaap op de schoot van haar man.


Het is middag en na een veel te lange boottocht komen we eindelijk aan land op Sal.  Rafael en Martina nemen in alle haasten een taxi naar de luchthaven terwijl Patrick en ik proberen uit te leggen aan de baliemedewerker van de ferrymaatschappij dat we ons ticket voor de boot van vanavond in Mindelho hebben afgegeven. De vrouw wijst ons door naar een ander kantoor in de haven, waar we worden doorgewezen naar een kantoor in een ander dorp verderop, dat niet het juiste blijkt te zijn  en dus moeten we naar de luchthaven waar we zeker bij de juiste persoon zouden kunnen terechtkomen.


Rafael en Martina zitten ondertussen te onderhandelen in het kantoortje van de luchtvaartmaatschappij. Wanneer ze ons zien aankomen, doet Rafael een negatieve duimbeweging.
Hun vlucht is vanmorgen vertrokken, een volgende vlucht is pas over een paar dagen en zou hen over de 1200 euro kosten. De belofte van TACV om de vorige hotelnacht en taxiritten te betalen wordt hen eveneens geweigerd.


Ik probeer met de manager te praten, maar ze heeft er geen oren naar. Ik tracht haar uit te leggen dat ik hier al heb vastgezeten wegens de vulkaanuitbarsting en dat toen de taxiritten en hotelnachten werden terugbetaald, dat het hun plicht en belofte is. Maar neen, neen, neen. Een zandstorm is geen vulkaanuitbarsting, dus geen terugbetaling mogelijk.


Ondertussen heeft Patrick in de luchthaven eindelijk de juiste persoon te pakken gekregen i.v.m. het probleem van ons verloren bootticket en is bovendien in onderhandeling voor eventueel een vlucht. We voelen er weinig voor om nogmaals deze boot te nemen, dus hopen we op een vliegtuig dat snel vertrekt naar Ilha de Santiago. Wat een luxe dat hij Portugees spreekt. De bedienden aanzien hem als een local, waardoor de service net iets beter wordt.


Plots gaat het allemaal heel snel, de manager van TACV neemt Patrick bij de arm en begint te roepen.   "jullie moeten weg, jullie kunnen nu weg als je je haast, er is een vlucht die in 10 minuten vertrekt, neem je bagage!, snel snel!"


In aller haasten nemen we afscheid van onze vrienden, reppen we ons met onze bagage naar de incheckbalie waar een dienstmedewerker ons opwacht en uiteindelijk kunnen we opgelucht maar verward en vermoeid plaats nemen in het vliegtuig richting Tarrafal, richting boot, richting hond, richting thuis.


We hebben het gevoel dat we onze vrienden in Sal in de steek hebben gelaten.


Moe, zo moe....


Klein detail. Dezelfde ferry die we dan toch geen tweede keer namen, zonk 2 dagen later op de oceaan richting het eiland Fogo.....

































dinsdag 20 januari 2015

Tot slot deel 1.


Beste lezers,

Ik ben ondertussen terug en wel in België.

Ik dank jullie allemaal van harte voor het lezen van deze blog  en hoop dat jullie er plezier aan hebben gehad. IK rond hierbij af met een laatste verhaal. Beloofd, het is pittig en in verschillende afleveringen! Hier alvast deel 1.

Dus laten we even terug gaan naar een aantal weken geleden….
1. Het gemis



Het is bijna zover. Nog 1 nachtje slapen en het ventje landt op Kaapverdiaans territorium. Ik ben de vorige nacht van het eiland Santiago naar het eiland Sal gereisd en loop nu zenuwachtig rond in mijn kamertje in het pension. “Zou hij wel komen?”, “ Zal het vliegtuig wel opstijgen in België met al die sneeuw?”, “Zal hij wel op het juiste eiland afstappen?” … 

Slapen gaat niet, … nog 11 uur en ik mag hem gaan ophalen. Na 2 maanden en duizenden kilometers afstand is het gemis groot. Duizenden rampscenario’s doorkruisen mijn gedachten. “Waarom stuurt hij geen berichtje?”, “Zou hij zich overslapen hebben?”

Ik probeer een boek te lezen maar de letters dansen voor mijn ogen en geen enkele zin blijft hangen. Een filmpje zien gaat ook al niet, want ik heb per ongeluk daarnet mijn glas water over mijn computer omgegooid, dus deze ligt helemaal uiteen gehaald te drogen op het nachtkastje.

(…)

De luchthaven, de taxi zet mij na een verschrikkelijke nacht eindelijk af aan de ingang. Ik loop als een kieken zonder kop zenuwachtig door de lobby. Ik zie in de verte een vliegtuig landen en passagiers uitstappen maar kan geen silhouetten herkennen. Het wachten duurt langer dan normaal. Elke seconde voelt aan als een minuut, elke minuut als een uur,…

“Waar blijft hij toch?”. Passagiers verschijnen in de inkomhal met hun valiezen.  Maar ik zie hem nog niet. De taxichauffeur komt naast mij staan. “Where is Patrick? Patrick no here?”. Ik grijns hem tussen mijn tanden een verwensing toe en voel hoe mijn vingers kriebelen om hem geen mep te verkopen.

Hij is al 20 minuten geland. Waar blijft hij toch? Ik moet plassen, alweer… Maar durf niet. Stel dat hij eraan komt en ik zit op het toilet…  Wachten, wachten, wachten, ….

Ik haat wachten. Ik heb het altijd al gehaat en zal het ook altijd haten. Het is een fenomeen dat gepaard gaat met tijdverlies en verder niets bijbrengt. Het maakt de blanken zenuwachtig en de Kaapverdianen mak.

En dan plots… ik durfde er al niet meer op te hopen… verschijnt de man in de hal van de luchthaven waar ik 2 maanden geleden afscheid van heb genomen om deze reis te ondernemen. Deze man die me toen beloofde op bezoek te komen en die me terug mee naar huis zal nemen…

2. De gezamenlijke reis, Van Sal naar Mindelho.



Vandaag vertrekken we op Sal naar Mindelho. Morgen is het oude jaar en er bestaat geen betere plaats om dat te vieren dan in de culturele hoofdstad van het land, Mindelho. Wanneer we op de luchthaven aankomen, blijkt het vertrek van ons vliegtuig zomaar verplaatst naar de namiddag. Geen paniek hoor, dit is hier een vrij normaal fenomeen. Patrick kijkt een beetje vreemd wanneer ik hem dat uitleg, maar al snel nemen we een taxi (op kosten van de maatschappij) en rijden we het eiland rond om wat bezienswaardigheden te gaan bekijken in afwachting van onze effectieve vlucht.

Het eiland Sal heeft buiten zijn surfscene en zijn resorts weinig te bieden, het is dor en bruin met 1 berg in het centrum. Het waait er ontzettend hard en de wegen zijn slecht aangelegd.

Maar een uitje naar de salina’s (zoutmeren) is zeker de moeite waard. Het is nog vroeg dus we hebben het hele dal voor onszelf. De eerste zonnestralen weerspiegelen een roze kristalachtige gloed op het zout. Het is prachtig, rustig en verlaten.


Ik zie Patrick met volle teugen genieten van de eerste ochtendzon op zijn gezicht. Na 2 maanden Belgische winter en hard labeur. Ik merk dat hij heel mager is geworden. Zijn huid ziet er perkamentgrijs uit, zijn wangen zijn ingevallen en zijn broek hangt.

Hoog tijd om van deze vakantie een oase van rust en genot te maken.

Maar of dat hier zo evident is … lees je verder.


3. Mindelho


Met 6 uur vertraging landen we dan toch op Sao Vicente. De taxi rijdt ons samen met een Brits koppel naar het gevraagde hotel. De receptionist blijkt niet aanwezig te zijn, dus we nemen in afwachting van zijn komst een drankje in de bar-restaurant onder het hotel gelegen. De dienster neemt onze bestelling op. Zowel Patrick als het Britse koppel zijn wat geïrriteerd wegens de afwezigheid van de receptionist. Het andere personeel  van het hotel kan hem niet bereiken, niemand weet om hoe laat hij gaat komen of waar het reservatieboek ligt, of welke kamersleutel aan nieuwe gasten mag worden gegeven. Het enige wat je kan doen is "wachten".


De dienster verschijnt terug met een papiertje, en vraagt ons om de bestelling te herhalen. Ze schrijft het met veel moeite op en verdwijnt weer, om een paar minuten later zonder papiertje aan onze tafel opnieuw dezelfde bestelling op te nemen en terug te verdwijnen.


Patrick kijkt me veelvragend aan. Ik probeer hem uit te leggen dat die dingen hier normaal zijn. Zowel opschrijven als onthouden zijn niet de sterkste kant van het personeel... Een bestelling moet je gemiddeld 3 à 4 keer herhalen. En maak het zeker niet te moeilijk met een ongelijk aantal voorgerechten tegenover hoofdschotels of dranken, want dan zijn ze helemaal in de war en loopt het gegarandeerd mis.


Ik besef op dat moment dat  mijn proces van acclimatisatie aan de lokale capriolen vergevorderd is en dat de kleine ergernissen van de nieuwkomers aan mij voorbij gaan. Als dit maar niet te veel stof doet opwaaien tussen mijn ventje en ik .... 


Gelukkig krijgen we eindelijk onze drankjes en volgt onze kamersleutel vrij snel. De kamer is mooi en de douche warm! Wat een luxe, na 2 maanden koud of geen water.


Morgen is het Oude Jaar en zullen we samen met de kapitein en co een heerlijk feestje bouwen. Dat is alvast een belofte!


4. Oude jaar


En een feestje wordt het. Met meer dan 20 man schuiven we samen aan aan een lange tafel in een klein lokaal restaurant. Onze groep is een mengelmoes van zeevaarders, circusartiesten, muzikanten, aanhang en kinderen. De bediening is slecht, het eten eveneens, maar de wijn smaakt en de sfeer is uitgelaten. Iedereen heeft zin in plezier.


Het vuurwerk om middernacht is prachtig en de straten vullen zich met honderden mensen die in de centrale straat het nieuwjaarsoptreden willen bijwonen.


De muzikanten gaan van start op een groot centraal podium, de massa stroomt toe, de sfeer is uitgelaten. Er wordt in de straten gedanst, gedrongen en gedronken. Veel gedronken...


En de muziek staat luid... veel te luid ...


De hele nacht lang speelt de ene na de andere band de massa toe.


En de muziek is slecht... veel te slecht ....
En luid, veel te luid.


We dringen ons tussen de massa naar het hotel, waar de beats van de bands de muren doen daveren.  De muziek houdt niet op tot 07h00  in de ochtend. Honderden mensen zijn nog aan het feest vieren in de straten van Mindelho, buiten en luid.


De nacht wordt dag, de dag wordt nacht.  En ook op de 2e nacht van het jaar slippen de straten toe van het volk, wordt er gefeest, gedronken en gedanst op het ritme van te luide decibels.


Nieuwjaar in Mindelho... Dit was het dan.


Ik wens jullie hierbij het allerbeste voor 2015!




5.  Ziek ventje


Het is 2 januari. Patrick voelt zich niet al te best. Hij ziet er bleek uit, zijn maag protesteert en hij rilt van de kou. Een wandeling voor wat frisse lucht gaat moeizaam.
Dit klopt niet. Dit is geen mega-Nieuwjaarskater.


We besluiten vroeg te gaan slapen en de nacht af te wachten. Patricks situatie verslechtert met de uren. Het rillen verandert in een koortsachtig ijlen en  bij elke aanraking kermt hij van de pijn. Ook zijn darmen houden hem wakker tussen het bed en de pot. Ik ben ongerust, heel ongerust.


Ik besluit een ziekenwagen erbij te halen, ondanks zijn protest. Deze brengt ons onmiddellijk naar het dichtstbijzijnde privéziekenhuis. Van zodra we binnenkomen, staat een heel leger verplegers en verzorgenden klaar met spuiten, baxters, pillen en drankjes. Zijn bloed wordt onmiddellijk onderzocht, bij vermoeden van salmonellavergiftiging.









De volgende 4 uren wordt de ene baxter vervangen door een andere en volgt de ene spuit de andere op. Patrick wordt de hele tijd gemonitord. Hij slaapt tussen de spuiten door, die hij helaas heel slecht ervaart.


De bloeduitslag is negatief, geen salmonella. Dat is een hele opluchting.


Een soortgelijke maar minder gevaarlijke bacterie werd wel in zijn bloed gevonden. Waarschijnlijk opgelopen bij het eten van vis of het drinken uit een glas dat met besmet water werd gewassen.


Ook hier word ik alweer geconfronteerd met het acclimatisatieproces. Na 2 maanden hier in Cabo Verde maak ik me helemaal geen zorgen meer over al dan niet goed doorbakken vis of vlees of ijsklontjes of water. Had ik niet beter moeten uitkijken voor hem? Hadden we niet beter moeten weten en voorzichtiger moeten zijn met eten en drinken?


We betalen met plezier de hoge rekening, en met een tas vol antibiotica wandelen we als 2 oudjes terug naar het hotel. Moe maar in zeker zin opgelucht. Binnen een paar dagen zou hij weer helemaal de oude zijn. Dit is het meest efficiënte ziekenhuis dat ik in mijn hele leven heb gezien. En dit in Cabo Verde...